PAUL ROBERT ECKNA
11 september 2001,
Het is halverwege dinsdagmiddag. Ik sta in een elektronica zaak. Een muur van schermen die hetzelfde beeld laten zien. Een ongeluk? Wat doet een vliegtuig anders daar? Terrorisme, aanslagen, Al Qaida, die termen bestonden toen nog niet. Althans, niet zoals ze nu ingeburgerd zijn. “2e vliegtuig” dit is geen ongeluk, dit is opzettelijk. De tv-afdeling stroomt vol met klanten en personeelsleden. Wat in hemelsnaam gebeurt daar, aan de andere kant van de oceaan. Bijna 3000 mensen sterven die dag.
Ruim 11 jaar later ben ik in New York City. De Freedom Tower (WTC One) is bijna af en het terrein is toegankelijk voor publiek. Op de plek van de vroegere Twin Towers zijn monumenten geplaatst in de vorm van enorme watervallen. Op deze monumenten (de North pool en South pool) staan alle namen van de mensen die omgekomen zijn op 9/11 en die van een eerdere aanslag op de Twin Towers in 1993.
Als toerist loop ik op het terrein rond en begin wat foto’s te schieten. Gefascineerd door de watervallen besluit ik bij de North pool eens met langere sluitertijd te gaan werken. Ik stel mijn camera in en richt op een willekeurige plek (zie foto bovenaan deze blog) van het monument. Een man die naast me gaat staan, vraagt of ik Paul Robert Eckna ken? Ik kijk door de zoeker van mijn camera en zie zijn naam staan. Ik zeg: ‘Het is puur toeval dat ik hier sta.’ Hij vertelt me, dat hij hem wel gekend heeft. Zijn non-verbale houding lijkt te zeggen, ‘jammer, dan hadden we over hem kunnen praten.’ Ik schrik hiervan en realiseer, dat achter elke naam een verhaal schuil gaat. Achter elke naam familie en vrienden zijn achtergebleven.
Paul Robert Eckna, 28 jaar oud geworden, werkte voor Cantor Fitzgerald als international equities trader. Gek op football, speelde zelf als nummer 77 bij de Garden City Trojans en later bij de University of Nebraska. De man naast me vertelt dat hij in het vroegere huis woont van Paul Robert. Ik merk dat hij bedroeft is. Hij vraagt aan mij, of ik weet waarom Paul Roberts naam juist op die plek staat? Het is niet in alfabetische volgorde en een andere logica kan ik ook niet ontdekken. Een medewerker van 9/11 Memorial met een tablet, die een paar meter bij me vandaan staat, weet het misschien wel. De man loopt er naar toe en stelt dezelfde vraag. Er wordt wat op het scherm getikt, maar het antwoord hoor ik niet. Ze staan te ver bij mij vandaan. Later begreep ik dat de namen op verschillende manieren bij elkaar zijn gezet. Het bedrijf of verdieping waar ze werkten, personen die met elkaar omgingen, verzoeken van achtergebleven familie, etc.
De vrouw van de man die mij net aansprak, was achter mij aan het rusten op een bankje. Ze staat op en loopt naar mij toe. Ze vraagt mij welke naam ik fotografeer. Blijkbaar had ze niet meegekregen dat ik net met haar man sprak. Ik wijs de namen aan die binnen het bereik van mijn lens zitten. Maar ik voel me op een of andere manier ongemakkelijk. Omdat ik in de paar woorden, die ik met haar man wisselde, nu meer weet over één van die personen. Het raakt me. De man van de vrouw is inmiddels ook weer teruggekomen. ‘We knew him,’ zegt de vrouw en ze wijst naar de naam van Paul Robert Eckna.
Paul Robert Eckna, slechts één persoon, slechts één verhaal van bijna 3000 verhalen.
Marcel Kerdijk